
‘Wanneer hebben uw zeugen hittestress?’

De zomermaanden staan weer voor de deur en daarmee ook de terugkerende uitdaging voor varkenshouders: hittestress. Hoge temperaturen, met name in juni, juli en augustus, veroorzaken elk jaar opnieuw aanzienlijke problemen bij varkens, met grote economische gevolgen. Een tijdige en structurele aanpak is essentieel om schade te voorkomen.
Wat is hittestress?
Hittestress treedt op wanneer het lichaam van een dier onvoldoende in staat is om overtollige warmte kwijt te raken. Bij varkens ontstaat dit al bij relatief lage temperaturen in combinatie met hoge luchtvochtigheid en beperkte ventilatie. De grens ligt bij zeugen vaak al rond de 22 °C in de kraamstal.
Vruchtbaarheidsproblemen
De vruchtbaarheid, energiebalans, darmvertering en melkproductie spelen in deze fase een nog grotere rol en kosten meer dan de meeste bedrijven beseffen. Denk ook aan de terugkomers in het najaar. Deze kosten zijn vele malen hoger dan de preventie die men zou kunnen toepassen, buiten het feit dat het niet alleen de dieren veel energie kost, kost het ook het management, personeel, etc. veel kostbare tijd en energie.
Maar toch is het weer ieder jaar het zelfde liedje. De problemen zijn grotendeels te voorkomen door consequent een aantal bekende maatregelen te nemen (bij temperaturen in de kraamstal boven de 22 graden neemt de voeropname van de zeugen ruim 200 gram per graad temperatuurstijging af).
Kom in actie
Derhalve is het aan te bevelen o.a. de volgende maatregelen te nemen gedurende de zomer:
- Speciale zomer lactatievoer
- Voldoende schoon en koel drinkwater
- Restvoer bij slecht vretende biggen dagelijks volledig verwijderen
- Aanpassen voertijden naar koelere periode in de dag
- Voldoende ventileren en de ventilatie aanpassen aan de omstandigheden zoals die zich door de dag en de nacht voordoen
- Uw veearts en/of voerleverancier heeft ongetwijfeld nog meer goed werkende maatregelen.
Deze maatregelen zijn erop gericht om de maximale voeropname te krijgen, maar desondanks nemen de zeugen toch minder voer op en verliezen meer gewicht met als gevolg:
- een negatieve energiebalans (NEB)
- minder spiermassa-activiteit en minder energieverbranding
- afname van de eiwitsynthese en de groei van weefsels (uier, bloedtoevoer naar de baarmoeder etc.)
- lagere IgF-1 met als gevolg slechtere follikelrijping, ovulatie en embryonale overleving.
Preventie moet beginnen voordat de hitte arriveert. Tegen de tijd dat het 30 Graden is, is het vaak te laat om de inzinking om te buigen. De AFTER SUMMER DIP komt er al aan terwijl de zeugen die in april, mei in de kraamstal hebben gestaan duidelijk minder gewicht verloren hebben in de kraamstal dan de zeugen die in juli of later gespeend worden. Het is dus zaak om gedurende de zomer en het najaar de voergift op peil te houden voor een goede energiebalans.
Dit kan door toevoeging van LIANOL FERTI tablet direct aan de zeug of LIANOL SOLAPRO gemengd in het voer, want LIANOL stimuleert de IgF-1 pathway via natuurlijke signaalstoffen en stimuleert de vruchtbaarheid rond dekking en de follikelgroei tijdens de dracht en de melkgift tijdens de lactatie waardoor de NEB niet zo ver terug valt en de biggen meer moedermelk binnen krijgen. Gedurende de zomer en het najaar moet men ook voldoende aandacht besteden aan de energiedichtheid van de lactatie diëten met behulp van vetbronnen zonder het eiwit te overbelasten.
Conclusie
Hittestress is geen verrassing meer — het is een jaarlijks terugkerend risico dat grote gevolgen heeft voor diergezondheid én bedrijfsresultaat. Preventie is eenvoudig, effectief en verdient zichzelf snel terug. Neem dus tijdig maatregelen en bespreek samen met uw dierenarts of voeradviseur hoe u uw zeugenbestand deze zomer gezond en productief houdt.