‘Dierenwelzijn lijdt onder stikstofbeleid’

In de strijd tegen stikstof zijn miljarden gestoken in emissiearme stallen, luchtwassers en aangepast veevoer. Niet alleen halen deze maatregelen weinig uit: ze brengen óók de gezondheid van koeien, varkens en kippen in gevaar, waarschuwen diverse deskundigen afgelopen week in de Volkskrant.
Dierenwelzijn blinde vlek
Een van de geciteerde deskundigen is hoogleraar gezondheid landbouwhuisdieren Arjan Stegeman van de Universiteit Utrecht (UU). Hij betitelt het aspect ‘dierenwelzijn’ als een blinde vlek in het stikstofbeleid. „Wat ooit een gewaardeerd productiemiddel was, is nu een milieuprobleem geworden. Daardoor zoekt de overheid vooral naar eenvoudige oplossingen voor de stikstofcrisis, zonder de bredere gevolgen te overzien. Op het moment dat je aan één knop gaat draaien, kan er een cascade van onbedoelde effecten volgen. De ellende met diergezondheid is dat die bijna altijd achteraan staat.”
Diergezondheid is vooral een privézaak
Volgens Stegeman ziet de overheid diergezondheid vooral als een privézaak van de boer. „De overheid beperkt zich tot de wettelijke dierziekten en zoönosen, zoals AVP, MKZ of Q-koorts.” Zodra het gaat over bedrijfsgebonden aandoeningen zoals luchtwegaandoeningen of staartbijten bij varkens, vindt de overheid het een verantwoordelijkheid van de sector. Dat leidt volgens Stegeman tot een paradoxaal systeem. De sector controleert zichzelf via een reeks kwaliteitssystemen - deels verplicht, deels vrijwillig - terwijl de Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit (NVWA) alleen steekproefsgewijs langskomt. Beide partijen werken niet samen; ze wisselen zelfs geen informatie uit. Daardoor krijgen goedwillende boeren die meedoen aan vrijwillige controles soms meerdere keren per maand bezoek, terwijl de rotte appels er juist tussendoor kunnen glippen.”
Versnipperd stikstofbeleid
Frank Meijboom, aan de UU verbonden als hoogleraar duurzaam en verantwoord samenleven met dieren stelt dat het versnipperde stikstofbeleid van de overheid de boeren én de dieren in de steek heeft gelaten. Volgens Meijboom ontbreekt een integrale blik: stikstof staat centraal, terwijl gezondheid, dierenwelzijn en landschap naar de achtergrond verdwijnen. Meijboom vergelijkt dat met een dj die maar één schuif van het mengpaneel openzet: „Als je alleen de bas voluit openzet, klinkt de muziek beroerd, maar ondertussen doen we gewoon alsof het heel mooi is.” Hetzelfde geldt voor de jarenlange investeringen in allerlei technologische innovaties, zegt hij. „Die 2,4 miljard euro aan emissiearme stallen heeft nauwelijks iets opgelost, maar de politiek heeft er tijd mee gekocht. Je kunt weer even een paar jaar verder. En daarna krijg je het probleem keihard terug op je bord.”
Dier weer centraal zetten
Stegeman: „De gezondheid, het gedrag en het welzijn van dieren vormen niet alleen een moreel kompas, maar ook een indicator van duurzaamheid. Een landbouwsysteem dat niet goed is voor dieren, is uiteindelijk ook niet goed voor mens en milieu. Daarom is het tijd dat we het dier weer centraal zetten in onze keuzes over de toekomst van de veehouderij.”

