Oorzaak oornecrose bij biggen nog steeds niet duidelijk

Nogal wat gespeende biggen hebben last van oornecrose (oorrandnecrose). Opvallend is dat met name in het najaar er een grotere kans bestaat op oorrandnecrose. Het kan leiden tot aanzienlijke economische schade. Het op tijd signaleren en het nemen van gerichte maatregelen is van groot belang. Nog belangrijker is het voorkomen van oornecrose.
Oorzaak
De oorzaak van oornecrose is helaas nog niet erg duidelijk. Volgens de varkensspecialisten van ForFarmers is in de praktijk niet één oorzaak aan te wijzen, maar spelen veelal diverse management- en voedingsfactoren een rol. Verder is oornecrose ook een fysiologisch probleem dat ontstaat bij een slechte doorbloeding van de oorpuntjes waardoor het weefsel afsterft. Hierdoor gaan biggen in hetzelfde hok aan de oorpunten kauwen waardoor de huid van de oren nog meer beschadigd raakt. Dit leidt tot onbehagen en agressie. Daarnaast zijn er nog verschillende andere factoren die mogelijk een rol spelen. Daarbij valt te denken aan bijvoorbeeld onrustige darmen en wisseling in dag- en nachttemperatuur/tocht. Daarnaast kunnen bacteriële infecties, zoals streptokokken en stafylokokken de doorbloeding in de oorranden verstoren. Hierdoor kunnen ontstekingen ontstaan. Verder kunnen virussen, zoals PRRS en PVC2, zorgen voor een verminderde weerstand bij biggen.
Managementmaatregelen
Het voorkomen van oornecrose bij biggen begint met een kritische blik op de managementmaatregelen. Een optie daartoe vormt het VIDA 6 stappenplan. Door aandacht te besteden aan biestvoorziening, voeropname, drinkwaterkwaliteit, klimaat en de juiste voervorm, voersamenstelling en toepassing, kan een varkenshouder het risico van oorrandnecrose en daarmee de economische schade tot een minimum beperken.
Maatregelen
Voor het verminderen of voorkomen van het probleem zullen de mogelijke risicofactoren ingeperkt moeten worden of zelfs weggenomen. Daartoe dient de basis op orde te zijn. Zo zorgt het doorvoeren van voeraanpassingen zonder een blik op de algemene managementmaatregelen hoogstwaarschijnlijk voor een minimale verbetering. Een kritische blik op het management is daarbij essentieel.
Biggenvoer
De meeste voerleveranciers hebben in hun assortiment speciaal ontwikkeld biggenvoer om te kunnen sturen op een gezonde darmgezondheid. Hierdoor kan de voervorm indirect bijdragen aan het verlagen van het risico op oornecrose. Het aanbieden van voer in de juist vorm en samenstelling kan helpen bij het voorkomen van dit probleem. Het voer dient daarvoor nauwkeurig te worden samengesteld met juiste hoeveelheden ruw celstof, eiwit en een juiste mineralenvoorziening. Zo levert ForFarmers het biggenvoer VIDA Fluxx. Volgens de fabrikant zorgt dit voer in een gelijkmatige en rustige voeropname waardoor de vertering in de maag en darm beter loopt. Daarbij wijst de fabrikant op goede praktijkresultaten. Door de gelijkmatige en rustige voeropname ontstaat er een homogene massa in de maag. Het gevolg is dat de pH in de maag daalt, waardoor de vertering in de maag en darm beter verloopt. Bij de biggen is dit goed te zien: zij hebben een mooie kleur, een goed haarkleed en goede gevuldheid. In de praktijk zou dit biggenvoer goed kunnen bijdragen aan het voorkomen van oorrandnecrose.
Apart zetten
Zeugenhouders krijgen het advies om de tijd te nemen om agressieve dieren te signaleren en deze uit de groep te halen. Daarnaast is afleidingsmateriaal al verplicht, maar er kan gedacht worden aan extra stro, maïs, splintervrij hout, kranten, etc. In het geval van virale oorzaken kan vaccineren verbetering geven. Overleg dit met de dierenarts.

