NVWA-onderzoek: ‘Verplichte reiniging en ontsmetting varkenstransport kan beter’
De naleving van de regels voor het professioneel gebruik van ontsmettingsmiddelen bedraagt in de controleperiode gemiddeld 51 procent. Dat kan een risico inhouden, want een te lage dosering van ontsmettingsmiddelen is in een tijd van verhoogde waakzaamheid voor Afrikaanse varkenspest een risico voor de bioveiligheid.
Ruim twee derde (79 procent) van de onderzochte eenvoudige R&O-plaatsen op varkensbedrijven werkt volgens de wettelijke eisen. De overtredingen hebben vooral betrekking op de opvang van het spoelwater en andere vloeistoffen, de toegelaten R&O-middelen en de verlichting. De eenvoudige R&O-plaatsen op varkensbedrijven blijven daarmee een aandachtspunt voor inspecties in 2019.
De naleving van de regels voor het tijdig overleggen van een bewijs van de 2e R&O aan de NVWA is gemiddeld 73 procent. De betreffende veewagens zijn bij terugkomst in Nederland wel allemaal extra gereinigd en ontsmet op een erkende R&O-plaats. Dit is van groot belang voor de preventie van zeer besmettelijke dierziekten, zoals de Afrikaanse varkenspest. Het is ook van belang dat administratieve verplichtingen tijdig en correct nagekomen worden.
Op dit moment is er ook een verplichte (tweede) reiniging en ontsmetting in verband met het grote besmettingsgevaar uit vooral Oost-Europa. De cijfers van eind vorig jaar kunnen een indicatie zijn in hoeverre de transportbedrijven op dit moment de regels na leven. Hoewel de NVWA stelt dat de verplichting reiniging en ontsmetting meestal correct worden uitgevoerd, laat het onderzoek wel zien dat er nog een ruime verbetering te behalen valt en dat er toch nog een klein risico lijkt te bestaan op besmetting via het transport.
