Noord-Brabants veevoederbedrijf verdacht van fraude met veevoer: drie aanhoudingen verricht

De drie aangehouden mannen worden verhoord. Ze worden ervan verdacht leiding te hebben gegeven aan de vermoedelijke strafbare feiten door het bedrijf. „Het vermoeden is dat het bedrijf structureel stoffen van veelal niet geregistreerde producenten - of zelfs afval, dat niet geschikt is als toepassing in diervoeder- zou hebben gemengd en doorverkocht aan boeren als diervoeder met het keurmerk ‘GMP+", stelt het OM. Tot mei 2019 verzamelde het bedrijf restromen van levensmiddelenbedrijven in.

Inspectie

In mei 2019 voerde de NVWA een inspectie uit op het bedrijf. Toen bleek niet alleen dat de diervoeders, die waren opgeslagen bij het bedrijf, niet voldeden aan het keurmerk ‘GMP+’, maar ook dat de voeders ongeschikt waren voor dierlijke consumptie. Volgens het OM vond de NVWA de situatie ‘zo ernstig’ dat het bedrijf werd stilgelegd en dat de certificering voor het keurmerk ‘GMP+’ werd ingetrokken.

Het OM besloot dat het bedrijf geen nieuwe reststromen meer mocht accepteren en de producten die niet geschikt waren voor dierlijke consumptie, af moest voeren naar een vergister. „Zelfs hiermee heeft verdachte vermoedelijk gesjoemeld. De verdachte voerde 731 ton meer af dan dat er volgens hem in de silo's en tanks lag opgeslagen op zijn terrein", aldus het OM.

Besmettingen

Volgens het OM was de administratie van het bedrijf niet op orde. Zo kon niet worden opgemaakt uit welke grondstoffen de diervoeders waren gemaakt. „Dit is onwenselijk, want de mogelijkheid om een diervoeder door de hele voedselketen te traceren is van het hoogste belang voor de bescherming van de volks- en diergezondheid", vindt het OM. „Boeren en consumenten moeten erop kunnen rekenen dat het diervoeder geen besmettingen of vervuiling bevat die een risico voor de dieren of mens kan vormen."

Daarnaast is er ook een verdenking dat er op het bedrijf niet hygiënisch genoeg werd gewerkt. Bij de inspectie in mei 2019 werd door de NVWA geconstateerd dat het bedrijf niet voldeed aan de hygiëne-eisen. Zo bleken opslagtanks systematisch verroest en ernstig vervuild. Uit het strafrechtelijk onderzoek kwam naar voren dat vermoedelijk meerdere silo’s met elkaar doorverbonden waren, zodat materiaal van de ene naar de andere silo kon worden overgepompt.