Kabinet ‘dempt’ noodzakelijke tariefstijging NVWA

Door deze demping komt de totale gemiddelde stijging op 2,3 procent. Daarnaast worden tarieven voor handhaven en voor keuren gescheiden. Dat schrijft minister Schouten van Landbouw Natuur en Voedselkwaliteit (LNV) in een brief aan de Tweede Kamer.

Doorgesproken

Er wordt bij de NVWA hard gewerkt aan het verbeteren van haar efficiency. Deze verbeterslag moet ook baten opleveren voor het bedrijfsleven. „Een sterke tariefstijging past hier niet bij”, schrijft de minister. Het blijkt dat de overheid vooral de stijging van de kosten voor laboratoriumtarieven en die van het digitaal zakendoen grotendeels voor zijn rekening gaat nemen in 2018. Door de stijging van kosten te dempen wil de minister ook vermijden dat sommige bedrijven worden geconfronteerd met een al te grote tariefstijging in één keer. De aanpassingen in het retributiestelsel en de wijze waarop de kosten tot stand komen zijn met het bedrijfsleven besproken.

Handhaven en keuren

Zo zijn vanaf 2018 de tarieven voor handhaven en voor keuren gescheiden. Hierdoor sluiten de tarieven aan bij de nieuwe organisatie van de NVWA. Dit is mede op wens van de Tweede Kamer. Daarnaast zijn er drie tarieven voor keuren vastgesteld: een tarief voor keuren import, een tarief voor certificeren op afstand en een tarief voor keuren ten behoeve van de export en het slachthuis. In deze tarieven kunnen de personeelskosten nauwkeuriger worden toegerekend wat met name de inzet van dierenartsen in de tarieven tot uiting brengt. Certificeren op afstand, waarvoor minder dierenartsen nodig zijn, moet hiermee aantrekkelijker worden en op termijn de kosten gaan beperken. Dit kan de kosten voor zowel import als export beperken.

Efficiency-prikkel

Ook bij de Kwaliteitskeuring Dierlijke Sector (KDS) is sprake van aanpassingen. Dat heeft betrekking op het annuleren van gehonoreerde aanvragen voor KDS-activiteiten buiten openingstijd. De rekening hiervoor wordt voortaan gedeeltelijk bij de veroorzaker neergelegd. De kosten komen op basis van het 'veroorzaker betaalt-beginsel' nu voor rekening van de aanvrager. Eerder zaten deze kosten in het algemene retributietarief, het neerleggen van de kosten bij de aanvrager heeft een efficiency-prikkel tot doel.