Vleesvarkens groeien meer dan 1000 gram per dag

Op 6 mei 2019 kwamen de eerste gelten op het onderzoeksbedrijf de Elsenpas van de Heus Voeders In Beuningen (GD). Ook deze dieren haalden als eerste en tweede worpszeugen al indrukwekkende resultaten met 34,3 gespeende biggen/zeug/jaar. Bedrijfsleider Zias Lukasse is trots. „We zijn trots op de resultaten. We hebben het eerste jaar vooral gebruikt om de nieuwe stal te leren kennen. De basis is gewoon goed.”

Hoge toomgewichten

Een goede start voor de vleesvarkens begint bij de biggenopfok. De conditie van de zeugen bepaalt de toomgewichten bij het werpen. „We halen toomgewichten van gemiddeld 1,5 kilo per big en meer. Dat zijn sterke, direct groeiende dieren”, aldus Lukasse. „De zeugen worden in de dracht en in de kraamstal hard gevoerd, waardoor ze een prima conditie hebben en houden.” De biggen krijgen vanaf de derde dag Nursemeel verstrekt. Vanaf twee weken tot aan het spenen krijgen de biggen Comfort 2 biggenvoer verstrekt. De dieren wegen bij spenen al ruim 7,5 kilo.

De hoge groei leidt er toe dat het spenen niet meer op 28 dagen gebeurt, maar op gemiddeld 25,6 dagen. In combinatie met de hoge groei van de vleesvarkens beslaat de cyclus van werpen tot afleveren op Elsenpas circa drie weken minder dan in de praktijk.

Vleesvarkens groeien door

De eerste drie rondes groeiden vleesvarkens 1075, 1043 en 1056 gram per dag. In vergelijking met de gemiddelde praktijkgroei indrukwekkend. De praktijk zit al jaren op een gemiddelde tussen de 800 en 900 gram per dag. Veel vleesvarkenshouders zien daarin bovendien weinig vooruitgang. Bedrijven met een groei van meer dan 900 gram per dag gelden als toppers.

De nieuwe stal vormt een goede basis vormt om met gezonde dieren beste resultaten te behalen. Naast een goed klimaatbeheer worden de SPF-richtlijnen gehanteerd.

De dieren zijn, omdat onderzoeken nog moeten opstarten, gevoerd met standaard voeders en met een voerschema zoals De Heus Voeders dat in de praktijk adviseert. Wel liggen in de afmeststal 6-7 dieren per hok vanwege de mogelijke voerproeven. De hoge groei in combinatie met circa 60 procent vlees en 13 mm spekdikte geeft een bijna optimaal vleesvarken.

Meer sturing noodzakelijk

„Het is zaak dat er veel meer kengetallen beschikbaar komen voor de vleesvarkens”, stelt Lukasse. Een zeugenhouder kan bij wijze van spreken met 20 kengetallen continu monitoren en bijsturen. Vleesvarkenshouders moeten het veelal doen met de slachtgegevens die ze achteraf beschikbaar krijgen en waarbij de vertaling naar de nieuw opgelegde biggen lastig is. „Meer inzicht is gewenst, zodat je de zwakste schakel één voor één kunt verbeteren.”

Lees het hele artikel in het vakblad Pig Business, dat donderdag 3 september verschijnt. Ontvangt u het blad nog niet? Vraag dan hier een proefnummer aan.