Nieuwe Duitse systemen te duur voor snelle overstap

Varkenshouders moeten daarom vooraf goed overwegen of ze hun productie om willen zetten naar het premiesysteem. Want vooral in de zogenaamde houderijsystemen 3 en 4 zijn aanzienlijk hogere productiekosten te verwachten. Houderijsysteem 3 staat voor het houden van de mestvarkens op minimaal 1,05 vierkante meter, 40 procent boven de wettelijk voorgeschreven ruimte, natuurlijke ventilatie met minimaal één open front en het verstrekken van organisch afleidingmateriaal zoals stro. In houderijsysteem 4 moeten de dieren minimaal 1,5 vierkante meter ruimte hebben, 100 procent meer dan wettelijk voorgeschreven, moet er een continue toegang zijn naar een uitloop of sprake zijn van buitenhouderij en moet organisch afleidingmateriaal continu beschikbaar zijn.

Als ondernemers aan deze eisen voldoen, hebben meerdere grootwinkelbedrijven toegezegd daaraan een premie te verbinden. Deze zou in de genoemde gevallen circa 4 euro per varkens bedragen. Op de DLG ondernemersdagen werd gesteld dat daarmee een ondernemer ruim tekort komt. Een vergoeding van 12 euro zou nodig zijn om bij houderijsysteem 3 voldoende bedrijfsinkomen te genereren. BIj systeem 4 ligt dat bedrag du snog hoger. Daarbij uitgaande dat voor 90 procent van de dieren een bonus wordt verkregen. Uitgangspunt in de berekening was dat per vleesvarken een slachtopbrengst van 148 euro wordt gerealiseerd, een op dit moment nauwelijks te realiseren opbrengst.

Als ook de vermeerdering plaats vindt of moet vinden in systemen met meer aandacht voor dierwelzijn dan zullen de kosten verder stijgen. Adviseurs van Alsfeld serviceteam komen dan uit op een toeslag van 0,47 euro per kilo geslacht gewicht om een reëel inkomen te realiseren. Zonder een stevige verhoging van de premies zien zij weinig toekomst voor het nu geïntroduceerde systeem van welzijnsklassen.