Lysine wordt wereldwijd schaars

Volgens Amerikaanse landbouwmedia raakt het lysinetekort ondertussen de meeste voerproducenten. Het gevolg is stijgende prijzen en een verder afnemende beschikbaarheid. Op de markten is de spotprijs ondertussen verdubbeld of zelfs verder gestegen. Daarnaast worden contractueel vastgelegde leveringen vertraagt uitgevoerd.

Voor degenen die geen contract hebben, is de spotprijs verdubbeld of zelfs verdrievoudigd. Degenen die een contract hebben, klagen over een lagere beschikbaarheid. Fabrikanten proberen extra bronnen van L-lysine te vinden, dat is lastig en duur. Een dele van de prijsstijgingen zijn get gevolg van speculatie in deze (corona-) crisis. Lysinefabrikanten in China bieden bijvoorbeeld geen lysine meer aan, omdat het product zo zijn uitverkocht. Het is lucratief de eventueel wel aanwezige voorraad pas na een prijsstijging op de markt aan te bieden. Tegelijk is bekend dat wereldwijd problemen bestaan in transportcapaciteit in belangrijke havens. Dat leidt tot vertraging van de goederenstroom.
Daarnaast is de varkensstapel in China hard gegroeid na de enorme krimp bij het bestrijden van de Afrikaanse varkenspest. Daardoor is de binnenlandse vraag in het belangrijke productiegebied sterk gestegen.

Compenseren van tekort

Logisch is dat de veevoerproducenten de belangrijkste spil zijn bij het voorkomen van rantsoenproblemen door een beperkte beschikbaarheid van lysine bij de varkens. Het lijkt onvermijdelijk dat de hoeveelheid L-lysine in het rantsoen zal verminderen. Om het lagere L-lysinegehalte te compenseren moet er meer van natuurlijke eiwitbronnen, zoals sojameel, in het rantsoen worden opgenomen. Bij stijgende lysineprijzen kan sojameel daardoor een goedkoop alternatief vormen.

Bij drachtige zeugen en vleesvarkens is deze vervanging mogelijk zonder veel gevolgen voor de technische resultaten. Wel is een nadeel dat de stikstofuitscheiding toeneemt door het extra ruw eiwit in het voer. De beschikbare lysine moet vooral in de rantsoenen voor zogende zeugen en opfokbiggen worden opgenomen. Bij deze groepen kan een hoger aandeel van natuurlijke eiwitbronnen in het rantsoen tot problemen leiden.

Onduidelijk is de duur van de L-lysine krapte. De verwachting is dat ook de fabrikanten zelf zo snel mogelijk een einde willen maken aan het tekort. Want een ontbrekend of duur L-lysine zorgt ook dat de verkoop van de andere synthetische aminozuren hapert of dat andere bronnen versnelt worden ontwikkeld. Dat is negatief voor de winstgevendheid van de bekende fabrikanten.