Staghouwer: 'Maatwerk nodig bij maatregelen om stalbranden te voorkomen'
Het ministerie heeft als doel om bestaande stallen, vergund voor 2014, brandveiliger te maken. Daarbij gaat het om het treffen van een schadebeperkende maatregel. Deze moet ervoor zorgen dat de brand minder snel overslaat naar een dierverblijf. Het uitgangspunt is om dit te doen door middel van verplichte compartimentering van de technische ruimte met ten minste zestig minuten brandwerend materiaal. Hier is ook wet-en regelgeving voor in de maak, net als voor een verplichte jaarlijkse visuele keuring en een verplichte drie- of vijfjaarlijkse elektra en zonnestroominstallatiekeuring. Deze moet uitgevoerd worden volgens de best beschikbare norm voor alle veehouderijen.
Maatwerk
Om de compartimentering van de technische ruimte als maatregel zorgvuldig uit te kunnen werken, heeft Staghouwer de Wageningen Universiteit opdracht gegeven onderzoek te doen bij verschillende staltypen en sectoren om in kaart te brengen wat de impact is voor de veehouder. Hoewel dit onderzoek nog loopt, wijzen de eerste bevindingen uit dat het voor sommige veehouderijtypes onhaalbaar of ineffecties is om de technische ruimte te compartimenteren. Hierbij moet gedacht worden aan een stal waarbij de techniek zich niet tot een aparte ruimte beperkt, maar door de hele stal loopt, of aan een bedrijf waar de technische ruimte buiten onder een afdak is geplaatst. Omdat er op dit punt veel variatie in stallen is, vraagt dit volgens het ministerie dan ook om maatwerk.
Om ervoor te zorgen dat de veehouder in staat is om de juiste maatregel te nemen met gelijkwaardig resultaat, onderzoekt de minister van LNV momenteel op welke wijze maatwerk mogelijk is binnen de wet- en regelgeving. Een voorbeeld waaraan gedacht wordt is branddetectie en blussystemen. Staghouwer wil uiteindelijk voorkomen dat maatregelen verplicht worden zonder het gewenste resultaat.
Verplichte compartimentering
Het ministerie werkt daarnaast ook aan een verplichte norm voor het aantal dieren in een brandcompartiment. Deze norm wordt uitgewerkt in samenhang met andere relevante aspecten zoals de bedrijfsvoering, dierenwelzijn en diergezondheid. De minister wil dit eveneens betrekken bij de omgang met het amendement op de Wet Dieren van Kamerlid Vestering over de huisvesting. Over dat amendement voert het ministerie momenteel een juridische analyse en impactanalyse uit.
