Kostprijzen biggen en varkensvlees hoger dan vorig jaar

Vooral voer en huisvesting, maar ook arbeid, gezondheidszorg en mestafzet zijn duurder geworden. Doordat het aantal biggen per zeug is toegenomen van 29,1 naar 29,7, wordt de kostprijsstijging van de biggen nog enigszins getemperd en bedraagt deze 3 procent. Bij de vleesvarkens zijn het vooral de huisvestingskosten, de bigkosten en mestafzetkosten die gestegen zijn. De stijging van de kostprijs bedraagt 2 procent. Voor de huisvesting is uitgegaan van een investeringsbedrag van 510 euro per vleesvarkensplaats, gebaseerd op de nieuwe normen voor huisvesting, die in KWIN Veehouderij 2018-2019 gepubliceerd worden.
Berekening biggenprijs
In het Landelijk Biggenprijzenschema is alleen nog de versie exclusief btw verschenen. De VION-notering, die nog inclusief btw is, wordt omgerekend naar een prijs exclusief btw en daaraan wordt de richtprijs voor biggen gekoppeld. Ook kan gekozen worden om de nettoprijs op de factuur van de slachterij te gebruiken om een richtprijs voor biggen af te lezen. Het voordeel hiervan is dat geen rekening gehouden hoeft te worden met toeslagen die in de loop van het jaar kunnen wijzigen en waarvan de hoogte pas achteraf bekend is.
Berekening van de prijzen
Elke week wordt op basis van de VION-notering en de maandelijkse voerprijs een richtprijs voor biggen en een actuele kostprijs gepubliceerd. Op basis van deze kostprijzen kan bij een gegeven opbrengstprijs van varkensvlees een richtprijs voor biggen worden berekend, waarbij een eventuele winst of verlies evenredig tussen zeugen- en vleesvarkenshouder wordt verdeeld. Op basis van deze relatie komt het Landelijk Biggenprijzenschema tot stand, waarin bij een bepaalde vleesprijs een biggenprijs is af te lezen.