Als een vaccin lang stil staat, bezinken sommige bestanddelen. Vóór gebruik is het dus belangrijk dat de bestanddelen zich weer goed vermengen, zodat ieder dier bij doseren dezelfde hoeveelheid werkzame stof binnen krijgt.

Om de werkzaamheid van een vaccin te behouden is het belangrijk om het vaccin onder de juiste temperatuur te bewaren. Checkt u wel eens of de temperatuur van de koelkast overeenkomt met die van de bijsluiter?

Met specialistisch onderzoek aan de slachtlijn kunt u een totaalbeeld krijgen van de longen van de door u afgeleverde varkens.

Met bacteriologisch onderzoek kan uw dierenarts aantonen of er mycoplasmabacteriën aanwezig zijn op de bemonsterde plek.

Mycoplasma vestigt zich in de luchtwegen van het varken. Met een PCR-test kunt u aantonen of er genetisch mycoplasma-materiaal aanwezig is.

Met bloedonderzoek (bijvoorbeeld ELISA) kan uw dierenarts aantonen of er afweerstoffen voor mycoplasma aanwezig zijn.

Met uitgebreid onderzoek kan uw dierenarts uitsluiten óf vaststellen of mycoplasma op uw bedrijf speelt en wat de risicoperiodes zijn.

"Wat betreft het meten en controleren van de hygiëne in varkensstallen kunnen we nog veel leren van de pluimveesector. Ik zie op varkensbedrijven dat we teveel werken vanuit aannames’’, stelt varkensdierenarts Arjan Schuttert van De Oosthof dierenartsen. Binnen het project 'Noaberbig' (regionaal initiatief om de PRRS-infectiedruk te verlagen) startte hij dit jaar met monsternames in varkensstallen om de hygiëne te monitoren.

‘‘Het nemen van afdrukplaatjes in de stal maakt het effect van een reinigings- en ontsmettingsprotocol direct tastbaar voor u als varkenshouder’’, vertelt DGZ-varkensdierenarts Charlotte Brossé. Binnen het Vlaamse Veepeiler project ‘Optimalisatie reinigen en ontsmetten met hygiënogrammen’ deed zij samen met collega-dierenartsen en varkenshouders de nodige ervaring op met staalnames in varkensstallen. ‘‘Het grondig en effectief reinigen en ontsmetten van de stal is cruciaal voor de biosecurity. Alleen dan kun je in- en versleep van ziektekiemen voorkomen’’, stelt Brossé.

Meer dan 10% van de biggen is al voor het spenen besmet met mycoplasma, dat toonden onderzoekers recent aan (Villareal, et al.). Zij voerden op 52 bedrijven in verschillende Europese landen proeven uit bij 1555 biggen in een leeftijd van 17–21 dagen. Op 68% van de bedrijven werd minstens één dier positief getest en op eenderde van de bedrijven was zelfs meer dan 10% van de biggen besmet met mycoplasma. Alle reden dus om zelf bewust te worden van de infectiedruk op uw bedrijf en de vroege mycoplasma-besmettingen eens goed te doorgronden.